zaterdag 8 januari 2011

Zingende goudvink



Met een zuidwestenwind werd vandaag warme lucht aangevoerd, temperatuur kwam boven de 10 graden. Er was trek van o.a. kolganzen. Grauwe ganzen staan in paren op het ijs te wachten bij de broedplaatsen. Op het Gooimeer zijn vandaag voor het eerst grote wakken ontstaan, grote platen ijs werden naar het noorden gedreven door de stevige wind. Deze werden direct gevonden door eenden: enkele tientallen grote zagers en kuifeenden en een paar brilduikers en nonnetjes. Bij de Pier enkele aalscholvers, in volledig prachtkleed. Opvallend hoe snel deze rui voltooit. Zo zijn ze nog in winterkleed, een paar weken later zie je de witte dijvlek en de witte zijkop. Aantal zilvermeeuwen groeit, ze duiken o.a. zwanenmossels op die ze op het ijs stuk laten vallen.
In het Gooijerdijkpark mijn eerste zingende goudvink, nog niet helemaal voluit, maar wel echte zang. Ook pimpelmezen en koolmezen beginnen te zingen. In de tuin zitten al enkele dagen een paar kepen, foeragerend op de zonnepitten. Vandaag 2 vrouw en 3 man. De mannetjes hebben duidelijk een feller oranje borst dan de vrouwtjes.
Een appelvink zag ik door de struiken schuimen, etend van de laatste bessen van de wegedoorn. Maar ook pikte hij mogelijk insecten van de onderkant van twijgen. Het was een diep gekleurde, fraaie man. De snavel is nog hoornkleurig. Laatst zag ik appelvinken foerageren van de bladen van hulst, onduidelijk wat ze precies aten.